Dat deCHORALE een roemrijk verleden heeft wisten we al wel langer. Het honderdjarig jubileum ligt nog niet zo ver achter ons. Onze onvolprezen voorzitter die wel het allerbeste geplaatst is om ons daarop te wijzen heeft er op de nieuwjaarsreceptie nog enkele staaltjes van getoond.
Inmiddels zijn ons nog enkele krantenknipsels en andere memorabilia komen aanwaaien uit dat verre verleden. Ze zijn mij toegespeeld door een klasgenoot van me uit mijn collegetijd, Alex Van Beveren. Alex is zelf beroepsmuzikant en is als hoboïst verbonden geweest aan het omroeporkest van de VRT, nu Brussels Philharmonic. Hij komt uit een muzikale familie. Zijn vader, Achille Van Beveren, was aan deCHORALE verbonden als koorlid en als solist.
Tussen de knipsels nog een andere opvallende prestatie van deCHORALE: een optreden eind 1940 in het ‘Palais des Beaux Arts’ in Brussel, samen met de ‘Société Philharmonique de Bruxelles’ met werk van César Franck, naar aanleiding van diens vijftigste sterfdatum. Op het programma de ‘Beatitudes’, een oratorium voor koor, orkest en soli. César Franck werd in 1822 geboren in Luik, toen die stad, zoals de rest van het latere België, nog behoorde tot het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden. Het grootste deel van zijn leven heeft Franck in Parijs gewoond en gewerkt, en hij nam ook snel de Franse nationaliteit aan. Dus strikt genomen is
Franck nooit Belg geweest.
DeCHORALE is dus nooit uitdagingen, ook geen Franstalige, uit de weg gegaan.
Ook rond diezelfde tijd een opvoering van de Negende van Beethoven, met deCHORALE, uiteraard onder leiding van Lodewijk De Vocht. ‘Louis De Vocht’ in de Franstalige pers. De muziekcriticus van Le Soir schreef over deze voorstelling: “De Chorale Caecilia uit Antwerpen zingt met een bewonderenswaardige perfectie. Het succes van deze voorstelling is voor een groot deel aan dat koor te danken.”
Een vertolking van het ‘Dettinger Te Deum’ van Händel in de ‘Koninklijke Fransche Schouwburg’ – nu beter bekend als de Bourla-schouwburg – bracht een muziekrecensent tot lyrische ontboezemingen: “Het Dettinger Te Deum behoort stellig tot de heerlijkste bladzijden van den grooten Haendel. En er dient gezegd dat het warme, schier Rubensiaanse koloriet van dit vlammende klanken-fresco, op uiterst treffende wijze tot uiting gebracht werd door de chorale ‘Caecilia’ onder de bezielende leiding van Lodewijk De Vocht. Deze heerlijke muziekuitvoering werd dan ook op zeer levendige toejuichingen onthaald.”
Zo hoort u het ook eens van een ander...